Veenweidesloten zijn cruciaal voor waterkwaliteit, biodiversiteit, klimaat en landbouw
Veenweidesloten zijn gegraven om het land te ontwateren en het zo geschikt te maken voor gebruik door de mens. Van oudsher waren waterschap, boeren en andere ingelanden gezamenlijk verantwoordelijk voor de aan- en afvoer van water. Daarom moesten planten zoveel mogelijk verwijderd worden. Onze blik hierop verandert. Planten in de sloot en op de oever blijken essentieel te zijn voor het halen van waterkwaliteitsdoelen, voor biodiversiteit, voor klimaatadaptatie, voor de beperking van broeikasgasemissies uit de sloot, en voor stabiliteit van de oever. De stabiliteit van de oever is weer van belang voor behoud van land, en het voorkomen dat land bagger wordt.
Biodiversiteit en waterkwaliteit
Een gezonde veenweidesloot is cruciaal voor biodiversiteit. De aanwezigheid van verschillende soorten planten met verschillende groeivormen bieden leefgebied voor allerlei insecten en vissen. Predatoren zoals een snoek vinden schuilplaatsen, terwijl verstorende soorten onder controle blijven. Bovendien houdt vegetatie slib en voedingsstoffen vast, voorkomt troebel water en kan bijdragen aan het verminderen van methaanuitstoot. De sloot, inclusief de oever werkt als een ecosysteem.
Klimaatadaptatie
De weersextremen nemen toe; soms veel regen in korte tijd, dan weer lange perioden van droogte. Daarmee wordt het belangrijker om het water in de zomermaanden langer ‘vast te houden’. Als er in één keer heel veel regen valt kan en wil een waterschap dit niet meer zo snel mogelijk wegpompen. De gemalen zouden dan heel hard moeten werken en er moet ruimte zijn om dit water op te vangen. En als het na zulke intensieve buien weer te droog wordt, zou gebiedsvreemd water weer moeten worden ingelaten. Dit ‘vreemde’ water heeft vaak een slechtere kwaliteit. Vegetatie in de sloot zorgt ervoor dat het water minder hard wegstroomt, het zorgt als het ware voor een buffer. Doordat het water minder hard wegstroomt gaat het slootpeil soms wat omhoog, en dat blijkt voor de vochtvoorziening van het gewas best gunstig te zijn.
Broeikasgasemissies
Onderzoek heeft laten zien dat uit veenweidesloten, veel broeikasgassen vrijkomen, vooral in de vorm van methaan. Methaan is een broeikasgas dat 26 keer sterker is dan CO 2 . De broeikasgassen komen vrij door afbraakprocessen in het slib. Onderzoek laat zien dat waterplanten hierop een belangrijk beperkend effect hebben. Waterplanten hebben namelijk invloed op de processen in het slib. In VeeST laten we zien dat waterplanten ook heel belangrijk zijn om de hoeveelheid slib te beperken die in de sloot terechtkomt.
Stabiele oevers
Stabiele oevers zijn belangrijk om baggervorming en landverlies te voorkomen. Flauwe oevers beiden ruimte voor planten en dieren die van nature gedijen op de overgang van droog naar nat. Deze planten zorgen ook voor stabiliteit wat essentieel is om erosie en slibaanwas te beperken. Slechts een klein deel van de Nederlandse veenweidesloten voldoet aan het wensbeeld voor stabiele, ecologisch gezonde oevers. Uit onderzoeksproject VeeST blijkt dat 95% van de oevers ernstige onderholling vertonen. Veel oevers lijken intact, maar zijn onder de waterlijn uitgehold. Rivierkreeften verergeren het probleem door gangen te graven en vegetatie weg te eten, waardoor draagkracht afneemt en landbouwgrond verloren kan gaan.
Beheer
Intensief maaien, schonen en baggeren verstoort het ecologische evenwicht, leidt tot het risico op landverlies door erosie van oevers en achteruitgang van flora en fauna. VeeST laat zien dat aangepast beheer effectief is: extensief maaien, vegetatie laten staan en selectief baggeren verbetert de stabiliteit en soortenrijkdom van oevers. Dit kan al binnen één jaar.
Meer informatie
VeeST staat voor Veenweidesloot van de Toekomst. Het is een onderzoeksproject van Veenweiden Innovatiecentrum (VIC) en Veenweiden Innovatie Programma voor Nederland (VIPNL). Samen met partners (NMI, FLORON, ORG-ID en STOWA) onderzoeken ze hoe hogere en meer fluctuerende slootwaterpeilen de oevers, het slootprofiel, de waterkwaliteit en de biodiversiteit van veenweidesloten beïnvloeden. Het project brengt in beeld welke beheermaatregelen zorgen voor stabiele, ecologisch waardevolle sloten.
Het onderzoek wordt gefinancierd door het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur.
Bekijk de website voor meer informatie: https://vip-nl.nl/portfolio-item/themasheet-veenweidesloot-van-de-toekomst/